TIJDREIZEN DOOR Stelt u zich eens voor dat u de haven van Sydney binnenzeilt en deze in de ongerepte staat aantreft als kapitein James Cook in 1770. Of dat u in 1609 een dicht bebost Manhattan door de ogen van Henry Hudson aanschouwt, vanaf de rivier die later naar hem zal worden vernoemd. Met een virtual realitybril op zou zo’n ervaring misschien kunnen worden benaderd, maar een echte tijdreis blijft toch een fantasie. Behalve in Antarctica. Mijn eerste blik op het Antarctische Schiereiland was tijdens een expeditiecruise in 2014. In 2021 keerde ik terug. Beide keren lag het er nog net zo bij als in 1820, toen de Ierse navigator Edward Bransfield dit deel van het continent als eerste zou hebben gespot. Geen wegen, cruiseterminals, wolkenkrabbers of operahuizen; noch lichten, verkeer of lawaai. Enkel een beeldschone wildernis die menselijk bezoek slechts mondjesmaat duldt. Toch is Antarctica bepaald niet onbewoond. Massa’s pinguïns, albatrossen en zeeleeuwen verdringen zich er op de stranden. Volgens de strikte richtlijnen voor zuidpooltoerisme, vastgelegd in het Antarctisch Verdrag, mag er slechts een beperkt aantal mensen tegelijkertijd aan wal en moet men te allen tijde ten minste 5 meter afstand van de lokale fauna behouden. Toevallig is dat ook precies de afstand waarop pinguïns hun uitwerpselen kunnen lanceren - in zekere zin zijn zij de hoeders van het verdrag. Passagiers pendelen aan boord van zodiacs - een soort gemotoriseerde rubberbootjes - tussen schip en wal. Ook onderweg is het een drukte van jewelste - we delen het water soms met een groep walvissen. Tijdens de eindeloze schemeringen, als de lage zon torenhoge ijsbergen in lichterlaaie zet, en de maan in een paarse hemel boven gletsjers vol glinsterende poedersneeuw rijst, is nog maar moeilijk voor te stellen hoe onherbergzaam Antarctica eigenlijk is - het is het hoogste, droogste, koudste én winderigste continent. Hoewel geen mens er permanent woont, is het continent nu ook weer niet compleet verstoken van menselijke sporen. Op Horseshoe Island, een eilandje 60 kilometer ten zuiden van de poolcirkel, blijkt een verlaten Brits poolstation een perfecte tijdcapsule van het leven en de wetenschap uit de jaren 50. Ondanks vele decennia van ijsstormen en vrieskou liggen de schoenen, gereedschappen en rantsoenen er nog bij alsof de wetenschappers gisteren zijn vertrokken; alles is er letterlijk bevroren in de tijd. De Daily Mail van 30 augustus 1957 ligt opengeslagen op tafel, en op de boekenplank wacht een rijtje - hoe kan het ook anders - Penguin paperbacks. Het poolstation is vol verrassingen. De eenwieler en het houten been die ik in een werkkamertje aantref doen een kolderiek beroep op mijn verbeeldingskracht. Waar ik echter liever niet te lang over nadenk, is het recept voor zeehondenhersenen op toast dat ik verderop in een kookboek aantref. De lokale fauna heeft tegenwoordig een stuk minder van menselijk bezoek te vrezen. Vanuit het perspectief van een zeehond zijn cruisepassagiers een ongevaarlijk, buitenaards ras. Onze invasies duren nooit lang; op het moederschip wacht immers een galadiner. Jurriaan Teulings reisjournalist. columnist ANTARTICA 3 - SILVERJET VAKANTIES
RkJQdWJsaXNoZXIy MjUzNw==